Uw lampen branden twee

31En wanneer de Zoon des mensen komen zal in Zijn heerlijkheid, en al de heilige engelen met Hem, dan zal Hij zitten op den troon Zijner heerlijkheid.

 

32En voor Hem zullen al de volken vergaderd worden, en Hij zal ze van elkander scheiden, gelijk de herder de schapen van de bokken scheidt.
33En Hij zal de schapen tot Zijn rechterhand zetten, maar de bokken tot Zijn linkerhand.

 

de bokken aan Zijn linkerhand.

de schapen aan Zijn rechterhand

 

(Het Evangelie van Mattheus 25:31-46)

34Als dan zal de Koning zeggen tot degenen, die tot Zijn rechterhand zijn: Komt, gij gezegenden Mijns Vaders! beërft dat Koninkrijk,
hetwelk u bereid is van de grondlegging der wereld.
35Want Ik ben hongerig geweest, en gij hebt Mij te eten gegeven;
Ik ben dorstig geweest, en gij hebt Mij te drinken gegeven;
Ik was een vreemdeling, en gij hebt Mij geherbergd.
36 Ik was naakt, en gij hebt Mij gekleed;
Ik ben krank geweest, en gij hebt Mij bezocht;
Ik was in de gevangenis, en gij zijt tot Mij gekomen.

 

klopaanuwdeur.jpg

 

37Dan zullen de rechtvaardigen Hem antwoorden,
zeggende: Heere! wanneer hebben wij U hongerig gezien,
en gespijzigd,of dorstig, en te drinken gegeven?
38En wanneer hebben wij U een vreemdeling
gezien, en geherbergd, of naakt en gekleed?
39En wanneer hebben wij U krank gezien, of in
de gevangenis, en zijn tot U gekomen?

40En de Koning zal antwoorden en tot hen zeggen:
Voorwaar zeg Ik u: Voor zoveel gij dit een van deze
Mijn minste broeders gedaan hebt, zo hebt gij dat Mij gedaan.
41Dan zal Hij zeggen ook tot degenen, die ter linkerhand zijn:
Gaat weg van Mij, gij vervloekten, in het eeuwige vuur,
hetwelk den duivel en zijn engelen bereid is.
42Want Ik ben hongerig geweest,
en gij hebt Mij niet te eten gegeven; Ik ben dorstig geweest,
en gij hebt Mij niet te drinken gegeven;
43Ik was een vreemdeling; en gij hebt Mij niet geherbergd;
naakt, en gij hebt Mij niet gekleed; krank,
en in de gevangenis, en gij hebt Mij niet bezocht.

44Dan zullen ook dezen Hem antwoorden, zeggende:
Heere, wanneer hebben wij U hongerig gezien, of dorstig,
of een vreemdeling, of naakt, of krank, of in de gevangenis,
en hebben U niet gediend?
45Dan zal Hij hun antwoorden en zeggen: Voorwaar zeg Ik u:
Voor zoveel gij dit een van deze minsten niet gedaan hebt,
zo hebt gij het Mij ook niet gedaan.
46En dezen zullen gaan in de eeuwige pijn;
maar de rechtvaardigen in het eeuwige leven.

You Version

- - - - - - - - - - - - - - -

 

 “En ik zag een nieuwe hemel en een nieuwe aarde … en de dood
zal er niet meer zijn; ook geen rouw, jammerklacht of moeite zal er
meer zijn. Want de eerste dingen zijn voorbijgegaan … Wie overwint,
zal alles beërven, en Ik zal voor hem een God zijn en hij zal
voor Mij een zoon zijn. (Openbaring 21:1-7)"

 

“Maar wat betreft de lafhartigen, ongelovigen, verfoeilijkenmoordenaars, ontuchtplegers, tovenaars, afgodendienaars en alle leugenaars: hun deel is in de poel, die brandt van vuur en zwavel: … (Openbaring 21:8) 

 

Uit: herzienestatenvertaling.nl   

 

Laten uw lendenen omgord zijn en uw lampen brandende.
En gij, weest gelijk aan mensen die op hun Heere wachten…

Lukas 12:35,33 

Afbeelding van twee handen in elkaar
Deze pagina is een onderdeel van de website: "godgelooftinmij".......